Uitvaart

Uitvaart

Met enige regelmaat luiden de klokken van de kerk omdat een medeparochiaan is overleden. De pastoor bezoekt na de melding van een overlijden de familie, om de uitvaart voor te bereiden. Onze overtuiging is immers dat ieder mensenleven een uniek geschenk van God is, vandaar dat een persoonlijke afscheidsviering wordt samengesteld. Het levensverhaal van de overledene wordt verteld en gelegd in het Grote Verhaal van ons geloof. Op de grens van het leven kijken we dankbaar terug, maar we delen ook de gelovige hoop dat de overledene leeft bij God.

Omdat woorden vaak tekortschieten, worden ook symbolen gebruikt. Zo wordt de overledene omringd met Licht van de Paaskaars. Het wijwater vertelt over de doop, waardoor God een verbond heeft gesloten met deze mens. De wierook die omhoog kringelt is vergelijkbaar met de geest van de mens die opstijgt naar God.

Meestal wordt ook de Eucharistie gevierd: Het Heilig Brood wordt gebroken, om kracht van Godswege te ontvangen. Na de uitvaart wordt de overledene door de pastoor begeleid naar het kerkhof. Indien er een crematie plaatsvindt, dan gaat de uitvaartleider mee naar het crematorium. Af en toe kiest een familie voor een gebedsdienst in het crematorium, zonder voorafgaande kerkdienst. In dit geval kan er een beroep gedaan worden op de pastoor om hierin voor te gaan.

Vaak wordt op de avond vóór de uitvaart een vooravondviering gehouden. Dit kan een Mis zijn of een avondwake. In de kerk wordt een kruisje opgehangen met de naam van de overledene. Dat kruisje wordt bij de eerste jaardienst aan de familie meegegeven.

Tijdens de Allerzielenviering (rond 2 november) worden de overledenen van het afgelopen jaar herdacht in een stemmige viering.

Scroll naar boven
×