In deze onrustige tijden, waarin op zoveel plaatsen in de wereld geweld en oorlog heersen, klinkt de roep om vrede steeds luider. Wat in het nieuws vaak ver weg lijkt, raakt ons toch diep in het hart. Want achter elk bericht over oorlog schuilt menselijk leed: vaders, moeders, kinderen die vluchten, lijden of rouwen. Juist daarom mogen we als gelovige gemeenschap niet zwijgen, maar blijven bidden.

Vrede is geen vanzelfsprekendheid. De Bijbel laat ons dat keer op keer zien. Reeds de psalmist roept: “Bid om vrede voor Jeruzalem, laat het goed gaan met wie van jou houden.” (Psalm 122,6). Ook Jezus zelf spreekt de vrede uit over zijn leerlingen, zelfs op het moment dat hij weet welk lijden hem te wachten staat: “Vrede laat Ik u na; mijn vrede geef Ik u.” (Johannes 14,27).

Deze vrede waar Christus over spreekt is niet slechts de afwezigheid van oorlog, maar een diepe, innerlijke vrede die ons hart en ons samenleven doordrenkt met liefde, vergeving en gerechtigheid. Het is een vrede die begint in het gebed en zichtbaar wordt in ons dagelijks handelen.

Juist nu is het belangrijk om niet onverschillig te worden of moedeloos te raken. Gebed voor de vrede is geen overbodige luxe, maar een opdracht. Want elke oorlog begint in het hart van mensen — en daar, in het hart, moet ook het zaad van de vrede worden geplant.

Laten we dan niet ophouden met bidden: voor wereldleiders die beslissingen nemen, voor volken die lijden onder geweld, voor vluchtelingen zonder thuis, en voor onszelf — dat we vredestichters mogen zijn, zoals Jezus ons vraagt: “Zalig de vredestichters, want zij zullen kinderen van God genoemd worden.” (Matteüs 5,9)

Moge onze gebeden vrucht dragen, en moge de Heer ons hart bewaren voor angst, verdeeldheid en haat. En moge Hij ons de genade schenken dat wij geen oorlog hoeven meemaken, en in vrede mogen leven.

Heer, maak ons tot instrumenten van Uw vrede.

Deken Geert Lauvenberg

Mis geen artikelen zoals deze..
Abonneer je op de nieuwsbrief !

Scroll naar boven
×